Deze tekst is een ‘position paper’ over het standpunt dat regulier jongerenwerk op diverse plekken helaas ontoereikend blijkt voor preventieve interventies gericht op de jeugd die lokaal verantwoordelijk is voor ernstige overlast en jeugdcriminaliteit. Dit position paper wordt ingezet om deze belangrijke kwestie aan te boren binnen de integrale aanpak van jeugdcriminaliteit, zeker in een tijdsgewricht gekenmerkt door zorgen over ‘verjonging’ en ‘verharding’ in de jeugdcriminaliteit. Deze kwestie speelt niet in de laatste plaats ten aanzien van steekincidenten (soms drillrap-gerelateerd) en ‘jonge aanwas’ die mogelijk doorgroeit in de georganiseerde (drugs)criminaliteit. Heeft deze doelgroep een andere vorm van jongerenwerk nodig? Zo ja, wat dan wél? En wat betekent dat voor het werkveld? Met dit position paper probeert het lectoraat partners in het werkveld te overtuigen van het belang van deze kwestie en zo bij te dragen aan een vruchtbare discussie.
Tevens is de hoop hiermee interesse te wekken voor een praktijkgericht onderzoek dat een duidelijk antwoord zal geven op deze openstaande vraag. Verder dient dat onderzoek een aantal bruikbare adviezen op te leveren voor het werkveld. Die toekomstige opbrengsten zullen ten slotte ook input bieden voor de beroepsopleidingen in het hoger onderwijs.
Amsterdam, 31 oktober 2022
Jan Dirk de Jong
Lectoraat Aanpak Jeugdcriminaliteit
Hogeschool Leiden